Dagboek uit de Giro – dag 14: batterijen en bougies

© GETTY

Vrijdag 16 oktober, Conegliano (Veneto).

Het was een harde dag in Cesenatico. Regen en wind kruipen in de kleren; vanochtend noemen Fausto Masnada en Harm Vanhoucke die etappe van gisteren een van hun zwaarste dagen op de fiets. De batterij zou bij sommigen dus wel eens leeg kunnen zijn. Dat overkomt in elk geval The Beach. Er moeten startkabels gezocht worden, maar met behulp van zoon-des-agricampeggio’s Marco is het euvel vlot verholpen. Zo kent een gezapige voormiddag een vliegend vervolg.

De koers rijdt men vandaag op een soortgelijk schema: na een kalm begin komt er een pittige finale. Bora-Hansgrohe leidt de geplande coup van Peter Sagan in. Puntentrui Démare moet passen, maar op de tweede helling gaat het zo hard dat ook Sagan niet kan volgen. Hij verschijnt nooit meer helemaal vooraan en het is vrijbuiter Diego Ulissi die na een prangend sprintje klassementsmannen Almeida en Konrad klopt op de meet.

Misschien heeft de najaarszon er iets mee te maken, want zo grimmig als het gisteren leek, met overal geruchten en gespeculeer, zo rustig en vredig is de sfeer vandaag. De streek leent zich ertoe. Wij zoeken een plekje in Battaglia Terme, een van die vele stadjes die bezoekers en identiteit ontlenen aan warmwaterbronnen en een gunstig en gezond klimaat. Er loopt een kanaaltje door het kleine centrum, de wegen hieromheen zijn glooiend en in de verte zie je toppen van de Euganische heuvels, uitgedoofde vulkanen die dit gedeelte van de Povlakte wat glans geven.

We passeren enkele villa’s en parken groot als golfterreinen. Alle bars die we hier inspecteren, op zoek naar een tv-scherm, worden uitgebaat door mensen met Chinese roots. Misschien destijds aangetrokken door een overtal aan jobs in de bloeiende sectoren van wellness en toerisme? Met de roze wapperende vlaggetjes, de felgekleurde gevels en het lieflijke kanaal is het in elk geval ook zonder warm bad de moeite van het stoppen waard. Het is fijn dat de etappe deze lus maak aan het einde, want verder voerde het parcours door een vrij saai, biljartvlak landschap. Dat hebben wij na de rit van gisteren al afgelegd. Het was ook voor ons nog een keer kansen laten liggen: Ravenna in het oosten, met zijn Byzantijnse mozaïeken, en Ferrara aan de linkerkant.

Ferrara
Ferrara© GETTY

Eén van ons wil daar naartoe. Ferrara is een literaire stad, sinds ze door Giorgio Bassani werd beschreven in zijn boeken die zich stuk voor stuk tussen haar huizen, stegen en palazzi afspelen. Vaak gaat het in de verhalen van Bassani over joden, die in de stad al vele eeuwen een aparte plek innemen. In 1492 nodigde hertog Ercole de joden die in Spanje onderdrukt werden uit om zich in Ferrara te vestigen. Ercole behoorde tot de machtige familie van de Este’s, onder wiens dynastie Ferrara groot werd en een groot deel van haar huidige uitzicht verwierf. Joodse immigranten drukten generaties lang hun stempel, tot de Kerkelijke Staat het voor het zeggen kreeg en ze in een getto werden geconcentreerd. De rassenwetten, die in Italië vanaf 1938 werden ingevoerd (en trouwens ook binnen de fascistische partij voor veel discussie zorgden), zouden een nog zwarter hoofdstuk inluiden. Wél passeren we nog op een steenworp van Arqua Petrarca, het stadje van de dichter die via het Battaglia-kanaal tussen zijn huis aldaar en Padova reisde.

Padova, daar wil de ander naar toe. Wandelen onder de gaanderijen, fresco’s bekijken van de hand van Giotto en nog even zorgeloos genieten van een Aperol Spritz op een terras, waar met die middagzon de winter nog een paar uren veraf lijkt. Het mag niet zijn. Alle wegen zijn al afgesloten voor die godverdomse Giro en er is geen doorkomen aan. Achteraf gezien niet eens een slechte zaak, want blijkbaar is in Padova een lage-emissiezone in voege waar zelfs de meest frisse versie van The Beach niet tegen opgewassen is.

Na afloop van de rit passeren we de afslag naar Venetië. Daar willen we allebei wel even halt houden, temeer omdat het er in deze tijd van dit bizarre jaar heerlijk rustig moet zijn. Eigenlijk mag je de kans nooit laten liggen, omdat je nooit weet of de drijvende stad er de volgende keer ook nog zal zijn. We doen het toch maar niet. Trouw aan onze missie het peloton op de voet te blijven volgen, ook al wordt de kans dat we nog renners zullen ontmoeten, met de nog wat strenger aangehaalde protocollen, iedere dag een beetje kleiner.

Morgen zouden we ze in principe echter wél nog een keer goed moeten kunnen bekijken, want dan komen ze tijdens de tweede tijdrit van de Giro één na één voorbij. Dus rijden we verder naar de heuvels iets ten noorden van Venetië, en slapen we vannacht alvast met uitzicht op een beetje eeuwige sneeuw. We zullen Venetië vergeten bij een fles Prosecco, zodat we onze luisteraars morgen, tijdens het verslag van de chrono tussen Conegliano en Valdobbiadene, als ervaringsdeskundigen door de druivenranken kunnen gidsen. Onze batterij is daarmee vast wel opgeladen tegen morgen. De renners raden we iets anders aan – hun bougies zouden op dat klimmetje in het begin anders wel eens gauw kunnen verzuipen.

Jonas De Bruyn en Lennert De Vroey

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content