De eerste Ronde van Vlaanderen: en toen lagen de renners in de vijver

© Belga Image
Jacques Sys
Jacques Sys Jacques Sys is een Belgische sportjournalist

De volgende dagen blikken we terug op vijf speciale edities van de Ronde van Vlaanderen. Vandaag: de allereerste uitgave, in 1913.

Het was de illustere Karel Van Wijnendaele die met zijn krant Sportwereld voor de eerste keer de Ronde van Vlaanderen organiseerde. Niet als de eerste Belgische klassieker, dat was in 1892 Luik-Bastenaken-Luik, een jaar later gevolgd door Parijs-Brussel.

Maar de Ronde van Vlaanderen leidde wel mee tot de heropbloei van het wielrennen, met Cyrille Van Hauwaert als een van de uithangborden. Hij zou zich opwerpen tot hét model van de Vlaamse ontvoogdingsstrijd. Van Hauwaert was de eerste flandrien, maar vreemd genoeg won hij de Ronde van Vlaanderen nooit.

Incidentrijke finale

De eerste uitgave van de Ronde van Vlaanderen werd gereden over een afstand van 370 kilometer. Van de 37 deelnemers bereikten er 16 de aankomst. De West-Vlaming Paul Deman won na een na een incidentrijke finale. Met zes renners waren ze de piste van Mariakerke binnen gedoken. Twee van hen deden dat op zo’n enthousiaste manier dat ze de bocht misten en in de vijver werden gekatapulteerd. In de chaos die ontstond haalde Paul Deman het gemakkelijk.

Daarmee breide hij een verlengstuk aan een mooie campagne bij de liefhebbers waarin hij de topklassieker Brussel-Luik had gewonnen en de Ronde van België. Een paar weken later haalde Deman het ook in Bordeaux-Parijs.

Ontsnapt aan de dood

Eén jaar later brak de Eerste Wereldoorlog uit. Daarin ontsnapte Deman tot twee keer toe aan de dood. Hij besloot zijn rennerskwaliteiten ten dienste te stellen van de vrede. Met de fiets smokkelde hij in een gouden tand geheime spionageberichten naar de geallieerden, net over de Nederlandse grens.

Bij zijn vijftiende overtocht, op anderhalve maand van de Wapenstilstand, werd hij gesnapt. Hij belandde in de gevangenis van Leuven en leefde van water en brood. Paul Deman werd veroordeeld tot de dood met de kogel. Hij ontliep de executie omdat het kamp waar hij zat op de dag van zijn terechtstelling werd bevrijd.

Toch werd Paul Deman niet meteen vrijgelaten. Omdat hij in de dodencel zat en met een zwaar West-Vlaams accent sprak, dachten de bevrijders dat hij een Duitser was en wilden hem alsnog terechtstellen. Een brief uit Brussel maakte een einde aan dit oorlogsdrama.

Eresaluut

Deman werd onderscheiden voor zijn spionagedaden en kon zijn carrière na vier jaar onderbreking verderzetten. Hij zou in 1924 naar een tweede zege grijpen in de Ronde van Vlaanderen, maar bij het oprijden van de wielerbaan van Gentbrugge kwam hij ten val. Hij eindigde vierde.

Deman frappeerde door zijn behendigheid en stijl. Hij zat wondermooi op de fiets. Na zijn carrière verhuisde hij naar Outrijve waar hij een fietsenhandel dreef. Op een gegeven moment had hij twaalf man in dienst. In Outrijve stierf hij als buurman van een jonge, opkomende renner: Marc Demeyer.

Honderd jaar na die eerste zege van Paul Deman in de Ronde van Vlaanderen werd er aan hem een eresaluut gebracht: zijn geboortedorp Rekkem werd toen het Dorp van de Ronde.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content