Waarom de Girozege in Napels de belangrijkste uit de carrière van Thomas De Gendt was

© iStock
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Het was niet op een iconische plaats zoals de Stelvio. Het was qua atletische prestatie net niet zo straf als zijn fameuze solo naar Saint-Etienne in de Tour. Maar zijn jongste ritzege in de Giro was, op meerdere vlakken, wel de belangrijkste triomf voor zijn erfenis als voorbeeldrenner. Hoe Thomas De Gendt (35) Napels zag en weer springlevend werd. Een analyse.

Toen Thomas De Gendt na zijn ritzege naar het tentje aan de aankomst werd geleid, wilde hij maar één ding: een stoel. Om te bekomen van de fysieke inspanning, maar vooral om de emoties te verwerken. Met de handen voor de ogen en in het haar, een krop in de keel doorslikkend. Nadat hij, toen hij de finishlijn had overschreden, zo luid had geschreeuwd dat hij tot op de top van de nabijgelegen Vesuviusvulkaan was te horen.

Begrijpelijk, na de moeilijke periodes die De Gendt het laatste jaar heeft beleefd. En aanvankelijk verborgen voor de buitenwereld zelfs de laatste jaren, inclusief een depressie en huwelijksproblemen. Toen won de Oost-Vlaming echter nog, kon hij die mentale problemen van zich affietsen door in een ontsnapping iedereen eraf te knallen. Of zoals hij onlangs in Humo vertelde: ‘Ik trok altijd maar in de aanval puur omdat ik weg wilde. Wég’.

Een breekpunt volgde in het ingekorte coronaseizoen van 2020 waarin De Gendt liefst 54 koersdagen op amper drie maanden afwerkte, waaronder de Tour én de Giro. En hij zo zijn stilaan ouder wordende lichaam ver over de rooie joeg.

Thomas De Gendt moet na de finish even bekomen op een stoel, een krop in de keel doorslikkend.
Thomas De Gendt moet na de finish even bekomen op een stoel, een krop in de keel doorslikkend.© belga

Op limieten

In 2021 botste hij, ondanks een mooie ritzege in de Ronde van Catalonië, op zijn limieten. Kon hij, met name in de Tour, niet meer de piekwattages halen om een ontsnapping te forceren, laat staan om te winnen als hem dat toch was gelukt.

Begin september zette de Lotto-Soudalrenner een punt achter zijn seizoen. En drukte hij op de resetknop. In de hoop om met genoeg rust weer te herstellen richting 2022.

Maar ook de voorbije maanden liep het niet vlot: covidbesmetting, bronchitis net voor zijn grote doel van het voorjaar, zijn geliefkoosde Ronde van Catalonië, en een voedselvergiftiging in de Ronde van Turkije. En dus trok De Gendt met gemengde gevoelens naar de Giro.

Ondanks een trainingsstage in de Vogezen zou hij zijn topconditie niet kunnen bereiken, vertelde hij vooraf. Bovendien zou hij in de eerste week vooral werken voor sprinter Caleb Ewan. Al voegde De Gendt er ook aan toe: ‘Maar als ik 95 procent ben, heb ik misschien kans op een mooie uitslag.’

Ongelijk bewezen

Onder ‘een mooie uitslag’ verstond de Oost-Vlaming echter geen ritzege, zoals hij zaterdag na de finish in Napels bekende. Zoals hij ook voor de start van de rit kort ‘neen’ had geantwoord op de vraag of het een ‘Thomas De Gendt-dag’ zou worden.

Daarvoor waren de twijfels te groot: zou hij ooit nog wínnen? Een vraag van de buitenwereld, maar een die het meest door zíjn kop spookte.

Tot hij, zoals hij zaterdagavond tweette, in Napels het ongelijk van de twijfelaars, inclusief vooral zichzelf, bewees. Door te triomferen op een De Gendtsiaanse manier: een ‘really good day’ koppelen aan sluwheid en tactisch vernuft, op een golvend circuitparcours in Napels dat hem perfect lag, met niet al te steile hellingen.

Hij maakte achteraf niet toevallig de vergelijking met de traditioneel laatste rit van de Ronde van Catalonië, in en rond Montjuïc in Barcelona, waar hij al twee keer won en vorig jaar zelfs Matej Mohoric de das omdeed.

Profiteren van focus op Van der Poel

Nochtans was De Gendt, met Mathieu van der Poel en Biniam Girmay in de kopgroep, niet de sterkste. Maar ‘de oude man’ had wel nog een paar trucjes in zijn mouw, zoals hij achteraf ook tweette.

Hij wist dat de focus van de andere medevluchters op de Nederlander en de Eritreeër gericht zou zijn. En niet, zoals in het verleden vaak in ontsnappingen, op hém – de belastende erfenis van zijn reputatie als ‘ontsnappingskoning’.

De Schorpioen van Semmerzake koos dan ook het perfecte moment om te steken: ná de snedige aanval van Mathieu van der Poel op 46,3 km van de finish.

Toen hij even gelost was, maar daarna alles weer samenliep, en hij van een moment van aarzeling profiteerde om weg te glippen met ploegmaat Harm Vanhoucke en drie medevluchters. Waarna hij stevig op kop ging sleuren, in de wetenschap dat net dán de kloof gemaakt moest worden. Het lukte, omdat iedereen Van der Poel viseerde.

Verliezen geen optie

De Gendt zou daarna naar eigen zeggen de rode loper uitrollen voor Vanhoucke, maar toen die aangaf dat de benen vol begonnen te lopen, verlegde hij zijn focus: zélf sprinten, in de wetenschap dat hij in een klein groepje behoorlijk snel is – een onderschatte kwaliteit van hem, zie ook naar zijn ritzege in de Vuelta van 2017.

Tegen twee renners die nog nooit een koers hadden gewonnen voelde hij zich zelfs zegezeker: ‘Ik kon gewoon niet falen, verliezen was geen optie.’ Het gaf ook ploegmaat Harm Vanhoucke de energie om de slotkilometers nog het laatste restje energie uit zijn benen te schudden en de sprint in te leiden.

De Gendt maakte het met brio af, en schreef zijn zeventiende zege uit zijn carrière op zijn palmares, waarvan liefst vijftien in de WorldTour. Dankzij een masterclass in tactiek én dankzij ‘really good day’ – de (genormaliseerde) 344 watt die hij over 3 uur en 38 minuten trapte is evenveel als hij duwde in zijn fameuze ritzege naar Saint-Etienne in de Tour van 2019, weliswaar over 50 km minder.

Voorbeeldrol

Puur qua fysieke prestatie was dat nog iets straffer, door onder meer de ontketende Thibaut Pinot en Julian Alaphilippe af te houden, na bijna 200 km in de aanval. En ook zijn zege op de Stelvio in 2012 heeft, zeker qua locatie, een nog iets meer iconisch gehalte – al is Napels op zijn aparte manier ook mooi.

Toch is de triomf van zaterdag de belangrijkste voor De Gendts erfenis als renner.

Omdat hij op zijn 35e, tíén jaar na zijn zege op de Stelvio, bewees dat je met een volgehouden beroepsernst en passie, met ervaring, doorzettingsvermogen én teamwork toch nog kunt scoren nadat velen je hebben afgeschreven. Inclusief (bijna) hijzelf.

Omdat hij zo ook een onschatbare voorbeeldrol heeft, en (minstens de komende maanden) nog zal hebben, in de ontwikkeling van de jongeren bij Lotto-Soudal. Ploegleidster Cherie Pridham – hoe mooi waren haar emoties na de aankomst – zei niet toevallig dat De Gendt tijdens de rit ploegmaats/medevluchters Harm Vanhoucke en Sylvain Moniquet had gestuurd en vertrouwen had gegeven.

De Gendts zege kan zo voor Vanhoucke, door de bijdrage die de West-Vlaming leverde, een mentaal kantelpunt in zijn carrière worden, als talent dat ook al moeilijke, mentale periodes heeft doorgemaakt.

Weg met formerly

De onverwachte wederopstanding van de Semmerzakenaar biedt ook hem weer uitzicht op een toekomst, en een nieuw contract – bij Lotto-Soudal of een andere ploeg. Nog iets waar hij tot voor kort aan twijfelde, of hij überhaupt een plaats zou kríjgen in het profpeloton van 2023.

Die heeft De Gendt op zijn 35e nog zeker. Wegens alle hierboven aangehaalde redenen, naast zijn commerciële waarde als geliefde renner ‘who unites all cycling fandom’, zoals Eurosportpresentatrice Orla Chennaoui het omschreef, en die op Twitter uitblinkt door zijn droge humor.

Op zijn profiel noemt hij zichzelf daar ‘The cyclist formerly known as the breakaway king’. Maar nadat de ontsnappingskoning Napels zag en weer springlevend werd, mag hij die ‘formerly’ schrappen.

Definitief.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content