Antwerp onder de loep: de laatste trede

© belga

Elke week neemt Sport/Voetbalmagazine een Belgische club onder de loep. We kijken terug op de lessen van het voorbije seizoen en blikken vooruit op de (transfer)plannen voor het komende jaar. Deze aflevering: hoe Antwerp na drie jaar Bölöni de stap naar de absolute top wil zetten.

De terugkeer van Antwerp op het hoogste niveau zal voor altijd onlosmakelijk verbonden blijven met László Bölöni en Wim De Decker. Drie jaar lang zorgden zij voor resultaten die steeds boven de verwachtingen uitstegen. De manier waarop leverde hen wel vaak kritiek op, vooral dan wanneer de ploeg even wat minder punten pakte.

Elk jaar deed Antwerp het nochtans zowel qua eindrangschikking, aantal punten, gemaakte goals en geïncasseerde goals beter en beter. Dat verdient absoluut een pluim.

Reguliere competitie Punten Doelsaldo
2017/18 41 (8ste) 38-40
2018/19 49 (6de) 39-34
2019/20* 53 (4de) 49-32

Seizoen 2019/20 bestond zelfs maar uit 29 speeldagen. Theoretisch kon Antwerp nog tweede of derde worden, maar het kon geen plaats meer zakken.

Uiteraard investeerde eigenaar Paul Gheysens (voor en) na de promotie stevig in een nieuwe ploeg, waardoor Bölöni elk jaar over beter spelersmateriaal kon beschikken. Dit seizoen stond Antwerp toch nog ‘maar’ op de zesde plek op vlak van spelerswaarde, volgens Transfermarkt. Het jaar voordien was dat nog negende (na KV Oostende en vlak voor degradant Lokeren) en in zijn debuutseizoen slechts elfde. De kwaliteit in de spelerskern steeg dus elk jaar, maar de resultaten verbeterden nog sneller.

Trust the process

Antwerp onder de loep: de laatste trede
© Redactie

* Meer uitleg over Expected Goals en deze grafiek vind je onderaan het artikel.

Om ook de onderliggende prestaties in de drie seizoenen onder Bölöni te analyseren, bekijken we de evolutie van de kansen die Antwerp creëerde en weggaf, de zogeheten Expected Goals. In het debuutseizoen van Bölöni was het vooral zaak om verdedigend alles goed gesloten te houden, bij gebrek aan veel kwaliteit voorin.

Met wat meeval pakte Antwerp in het seizoensbegin heel wat punten, waarna de prestaties ook effectief verbeterden. The Great Old begon meer kansen te creëren, zonder dat dat defensief een weerslag had. Na de winterstop gingen de (aanvallende) prestaties echter weer naar beneden en met de nodige tegenslag kwam Antwerp 3 punten te kort voor de top 6. Statistische karma, zeg maar.

Niet onlogisch dus dat het bestuur twijfelde aan de Roemeense coach, want de geleidelijk vooruitgang in de prestaties was aan het eind van het seizoen weer verdwenen. In play-off 2 bleek de tegenstand van een beduidend minder niveau en verbeterden de prestaties opnieuw. Bölöni kreeg het voordeel van de twijfel en een nieuw contract.

Terecht, zo bleek, want Antwerp begon het seizoen 2018/19 furieus. Zowel offensief als defensief presteerden ze beter dan het seizoen voordien. Met een mooie tweede plaats in december tot gevolg. Maar opnieuw kwam er rond de jaarwisseling een terugval in de prestaties (en de resultaten).

Even gaf de verdediging van Sinan Bolat zelfs meer kansen weg dan dat Refaelov en Mbokani er in elkaar staken. De enige keer overigens tijdens het Roemeense bewind. Zeven nederlagen in de terugronde waren het logische gevolg. Bölöni kreeg het niveau wel nog net op tijd opgekrikt om als zesde te eindigen, met twee punten overschot op STVV.

In zijn debuut in play-off 1 kon Antwerp de prestaties niet volhouden tegen de sterkere tegenstand. De grafiek toont een sterkere daling in de kansen voor en een felle stijging in de kansen tegen, dan staat de barometer op onweer. Na een 1 op 12 in de laatste 4 matchen pakte Antwerp in de barragematch tegen Charleroi een Europees ticket. Bölöni mocht zijn proces verderzetten.

Dit seizoen kende Antwerp aanvankelijk wat problemen in de verdediging, maar de ongeziene kansenproductie compenseerde dat grotendeels. Daarna kende The Great Old een dalende trend in kansen voor en tegen, wat in de herfst resulteerde in een 6 op 18 en geruchten over het ontslag van de coach. De onderliggende prestaties bleven echter behoorlijk, want het verschil tussen kansen voor en tegen bleef voldoende groot. De resultaten volgden wat later ook.

Na een reeks van negen matchen zonder nederlaag was Antwerp eind januari al quasi zeker van play-off 1. De uitstekende defensie zorgde ervoor dat de dalende offensieve prestaties daarna niet al te veel punten kostte en stamnummer 1 volop in strijd bleef voor plaats 2.

Als we de drie jaar in hun geheel overschouwen, stellen we vast dat Bölöni erin geslaagd is de offensieve productie stelselmatig te doen stijgen, zonder dat dat veel gevolgen had voor de verdediging. Dat alles terwijl de defensieve stijl van in het eerste seizoen geleidelijk plaats maakte voor meer aanvallende ideeën. Uiteraard verbeterde de kwaliteit van de spelerskern tegelijk ook drastisch, maar niemand kan zeggen dat de Roemeen daar niets mee deed.

Toch besliste het Antwerpse bestuur dat het iemand anders nodig had om de ploeg de volgende stap te laten zetten. In zo’n beslissing spelen uiteraard ook andere factoren mee dan enkel de droge cijfers. Of zoals general secretary & sports Sven Jaecques het verwoordde: “Stap één was terugkeren naar eerste klasse. Stap twee: een stabiele club worden die ambitieus durft te zijn. En voor stap drie hadden we iemand nodig met persoonlijkheid, enthousiasme, passie en ambitie. Iemand die het DNA van de club belichaamt.”

Leko moet Antwerp naar en in stap drie leiden
Leko moet Antwerp naar en in stap drie leiden© Belga Image

Bouwwerf Bosuil

Ivan Leko kreeg de zware taak toevertrouwd om Antwerp naar de absolute top van de Jupiler Pro League te brengen. Er wacht de Kroaat heel wat werk, want zoals elke zomer is de Bosuil letterlijk en figuurlijk een bouwwerf. Heel wat spelers verlaten The Great Old en daarvoor zullen vervangers moeten worden aangetrokken.

Een serieuze uitdaging, die sterspeler Lior Refaelov eerder al in Sport/Voetbalmagazine vergeleek met zijn periode bij Club Brugge: “Om iets te bouwen moet een team een paar jaar samen zijn. Als je naar het onze kijkt, merk je dat er eind dit seizoen zeven, acht spelers hun contract zien aflopen. De meeste belangrijke spelers zijn ook boven de dertig”, analyseerde de Israëliër. “Ik snap dat de club meteen resultaat wilde boeken, maar op lange termijn moet je ook investeren in de jongere generatie, gecombineerd met ervaren spelers.”

Als we hieronder zien wat er van de huidige kern zal overblijven, dan oogt dat inderdaad magertjes. Een aantal ervaren rotten als Bolat, Mirallas en Hoedt verlaten de Bosuil. Ook Dino Arslanagic, toch een sterkhouder achterin, krijgt wellicht geen contractverlenging.

De dossiers van Defour en Mbokani dragen de stempel ’50/50′. Die eerste kon de twijfels rond zijn fysieke paraatheid niet wegspelen met wisselvallige prestaties, terwijl de Congolese topschutter absoluut een nieuw contract van twee jaar wil. Zo niet, dreigt Mbokani met een vertrek, al ziet hij China na de coronacrisis niet meer zitten.

Op heel wat posities valt dus de eerste of de tweede keuze weg. Bovendien genieten Buta (Wolverhampton) en Lamkel Zé heel wat interesse vanuit het buitenland. Investeren in de ‘jonge generatie’ is gedeeltelijk gebeurd door afgelopen zomer Miyoshi, De Sart en Hongla te halen. Daar zit zeker muziek in. Anderen zoals Pius (kruisbandblessure), Quirynen (enkel), Coopman en Benson zijn nog op zoek naar bevestiging.

Links: de typeploeg van Antwerp van het afgelopen seizoen met per positie de opties, in volgorde van aantal speelminuten. Rood duidt op einde contract of vertrek. Achter de naam staat het aantal extra contractjaren. Rechts: de voorlopige spelerskern waar Leko kan over beschikken in een 3-5-2.
Links: de typeploeg van Antwerp van het afgelopen seizoen met per positie de opties, in volgorde van aantal speelminuten. Rood duidt op einde contract of vertrek. Achter de naam staat het aantal extra contractjaren. Rechts: de voorlopige spelerskern waar Leko kan over beschikken in een 3-5-2.© Redactie

De typeploeg van Antwerp van het afgelopen seizoen met per positie de opties, in volgorde van aantal speelminuten (links). Rood duidt op einde contract of vertrek. Achter de naam staat het aantal extra contractjaren. De voorlopige spelerskern waar Leko kan over beschikken in een 3-5-2 (rechts).

“Vier à vijf goeie transfers erbij”, klonk het op de officiële voorstelling van de nieuwe technische staf. Corona lijkt alvast weinig invloed te hebben op de Antwerpse plannen, ondanks het ingecalculeerd inkomstenverlies.

Maar het is nog maar de vraag of dat voldoende zal zijn om het voetbal te kunnen brengen waar Leko voor staat en om te concurreren met Club Brugge en KAA Gent. Ook al wil hij zich niet vastpinnen op zijn favoriete 3-5-2-systeem, de coach wil sowieso voldoende tactische opties en dat hangt af van het aanwezige spelersmateriaal.

Als we de huidige kern in het ‘systeem-Leko’ proberen te passen, zien we meteen een aantal knelpunten. Een 3-5-2 met een targetman en een snelle spits kan, maar op verschillende plekken moet er zeker versterking gehaald worden. In doel is de opvolging van Bolat verzekerd. De Iraniër Beiranvand krijgt wellicht wel concurrentie voor de plek als nummer één, mogelijk van Jean Butez (Mouscron).

Om de driemansdefensie te versterken moet er bijna voor elke positie iemand gehaald worden. Pius en Ava Dongo deden nog niet of nauwelijks mee en op Batubinsika en Borges wordt niet meer echt gerekend. Seck toonde zich stevig als hij fit was en Ritchie De Laet kan overal uit de voeten. Dat laat dus zeker nog twee à drie plaatsen open. Op de flanken mag er zeker op links wat concurrentie bij voor Juklerod, die een moeilijk seizoen kende. Op rechts zit het goed met de twee Portugezen, tenzij Buta vertrekt natuurlijk.

Hopelijk blijft Aurélio Buta bij Antwerp, anders mogen ze ook voor die positie nog iemand gaan zoeken.
Hopelijk blijft Aurélio Buta bij Antwerp, anders mogen ze ook voor die positie nog iemand gaan zoeken.© Belga Image

Voor de verdediging blijft Haroun een zekerheid, al liet Leko al vallen dat hij veel verwacht van Hongla. Als lopende middenvelder toonde Alexis de Sart meermaals zijn waarde voor Antwerp, met ook nog nieuwkomer Louis Verstraete zit het daar zeker goed. Een type Vanaken zit er voorlopig niet in de kern. Eventueel kan Lamkel Zé wel als aanvallende middenvelder fungeren – zijn favoriete positie – en Refaelov of Miyoshi als tweede aanvaller.

Diep in de spits hoopt heel Antwerp natuurlijk dat ‘Dieu’ op de Bosuil blijft. En zelfs als Mbokani verlengt, lijkt het weinig waarschijnlijk dat Bolingi de nummer twee in de pikorde wordt. Een nieuwe/extra aanvaller, type targetman, komt er dus zo goed als zeker nog bij.

Leko beseft heel goed dat het met Mbokani voorin anders voetballen wordt dan bij Club Brugge met Wesley. De grote rechthoek blijft de natuurlijke habitat van de Congolese Gouden Stier. Meevoetballen doet hij veel minder, met de voeten althans. Met zijn kopspel toonde hij zich wel nuttig op lange ballen.

Om zijn gebrek aan mobiliteit te compenseren moet er iemand met diepgang rond hem komen. Dat is nu net niet het sterke punt van Refaelov, die de bal in de voet wil. Miyoshi daarentegen heeft wel de snelheid om in de rug te duiken en te profiteren van de ruimte die Mbokani creëert. Dat ze bij Antwerp in de 23-jarige Japanner geloven, mag duidelijk zijn. Dat hij slechts aan 571 minuten kwam dit seizoen hield D’Onofrio niet tegen om 1,2 miljoen voor hem te betalen.

Om Mbokani echt op zijn wenken te bedienen, moeten er voorzetten komen. Daarvoor beschikt Leko met Juklerod en Buta over de geschikte profielen. De 23-jarige Portugees zorgde afgelopen seizoen voor de meeste laatste passes van alle Antwerpspelers. Als de coach toch wil spelen zoals bij blauw-zwart, waar Limbombe of Danjuma vanop links naar binnen kwam om te schieten, heeft hij met Lamkel Zé de ideale man. In essentie verschilt een 4-2-3-1 van Bölöni zelfs niet zo heel erg van de 3-5-2 waar Leko van droomt. Alles hangt af van welk type spelers je gebruikt.

Toch moet D’Onofrio de kern in de breedte én de diepte nog versterken, zeker als Antwerp ook op het Europees toneel langer aanwezig wil zijn. Maar zich opjagen, doet hij nooit. De voorbije seizoenen was het de gewoonte met een onvolledige kern te beginnen, in de wetenschap dat de prijzen pas laat in het seizoen worden uitgereikt. Al moet Antwerp dit jaar wel bij de eerste vier eindigen om mee te spelen voor de hoofdprijs.

Na drie geweldige jaren liggen de fundamenten er op de Bosuil wel, nu is het aan kampioenenmaker Ivan Leko om Antwerp nog een stap hogerop te doen zetten. De stap naar het hoogste schavotje. Stamnummer 1 wil opnieuw nummer 1 zijn.

Twee mogelijke opstellingen van Antwerp voor komend seizoen, met telkens dezelfde namen. Mits wat schuifwerk kan een 4-2-3-1 dus snel een 3-5-2 worden en omgekeerd.
Twee mogelijke opstellingen van Antwerp voor komend seizoen, met telkens dezelfde namen. Mits wat schuifwerk kan een 4-2-3-1 dus snel een 3-5-2 worden en omgekeerd.© Redactie

Antwerp onder de loep: de laatste trede
© Redactie

* Deze grafiek bevat het rollend gemiddelde (over 10 matchen) van de Expected goals voor en tegen van Antwerp van de laatste drie seizoenen in de Jupiler Pro League (play-offs inbegrepen). Simpel gezegd: de verhouding kansen voor en tegen van The Great Old over langere termijn.

Expected goals zijn een maat voor de hoeveelheid en de kwaliteit van de kansen die een ploeg creëert en tegen krijgt. Of die kansen ook effectief doelpunten hebben opgeleverd, wordt niet meegerekend. Het toont in feite de ‘onderliggende’ prestatie, zowel offensief, als defensief van een ploeg en is één van de beste voorspellers voor resultaten over langere termijn.

Het rollend gemiddelde betekent dat we het gemiddelde van de Expected goals nemen over een aantal matchen (in dit geval 10, dus eerst match 1 tot 10, dan 2 tot 11, enzovoort, daarom begint de grafiek ook pas na speeldag 10) om uitzonderlijke pieken of periodes van moeilijke of makkelijkere tegenstanders uit te vlakken. Het zorgt ervoor dat we een goed inzicht krijgen in de prestaties van een ploeg over langere termijn, zeker met de toevoeging van de trendlijn. Hoe groter het verschil in Expected goals voor en tegen, hoe beter de prestatie natuurlijk. Want dat betekent dat een ploeg meer creëert dan het weggeeft en dat je dus meer kans hebt om wedstrijden te winnen. We hebben ook de cesuren van de seizoenen en de play-offs aangeduid, omdat dat meestal het begin betekent van een nieuwe periode.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content