De echte Gentenaar van Anderlecht: Benito Raman kijkt zijn KAA Gent opnieuw in de ogen

© Belga Image
Peter t'Kint
Peter t'Kint Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

‘Vrie wijs’. Dat antwoordde Benito Raman na zijn debuut in eerste klasse met KAA Gent op de vraag hoe hij het vond. Morgen kijkt hij de club en de trainer die hem groot maakten opnieuw in de ogen. Als Vincent Kompany tenminste wat meewerkt en hem aan de aftrap brengt. Een terugblik op de Gentse jaren van de Anderlechtspits.

19 februari 2017. Dat was de laatste keer dat Benito Raman Gent in de ogen keek. Met Standard toen. Acht maanden eerder hadden de Rouches hem voor 800.000 euro overgenomen van KAA Gent, toen hij daar op een dood spoor zat. Maar ook in Luik, waar Yannick Ferrera al snel de baan moest ruimen voor Aleksandar Jankovic, vond hij niet echt zijn draai. Bij het bezoek aan Gent, eind oktober, bleek dat al. Ondanks twee goals tegen Waasland-Beveren startte hij in de Ghelamco op de bank. Pas toen Coulibaly op de 70ste minuut voor 1-0 zorgde, mocht hij invallen. En bij de return, in februari, was er nog minder speeltijd voor Raman. Drie minuutjes, voor Edmilson, ondanks de 1-1.

Er werd in die dagen meer gesproken over de onrust op Sclessin – in de loop van het seizoen zou de club nog een keer van trainer wisselen en kwam het ook tot een scheiding met sportief raadgever Daniël Van Buyten – dan over succes. Uiteindelijk zou Standard pas negende eindigen en play-off 2 moeten spelen. Even later zocht Raman zijn heil in Duitsland, bij Fortuna Düsseldorf, waar hij vrijheid en vertrouwen kreeg. Dat was voor hem belangrijk. ‘Ik ben geen speler die ze moeten overladen met opdrachten’, klonk het eerlijk in Sport/Voetbalmagazine, een paar maanden na die overstap. ‘Ik moet kunnen voetballen op intuïtie.’

Hij had die zomer veel nagedacht, zei hij toen ook. Omdat hij besefte: als het nu niet lukt, lukt het misschien nergens meer. Ook zijn begeleiders hielden hem de spiegel voor. Op zeven jaar tijd had hij alles meegemaakt, vanuit de jeugd van Gent een belangrijke rol spelen in het kampioen worden van de club tot bijna afgeschreven en afgemaakt door supporters. ‘Was ik in België terug naar een andere ploeg verhuisd, zou dat mijn zesde club in zes jaar tijd geweest zijn (na KAA Gent, Beerschot, Kortrijk, STVV en Standar, nvdr.). Hij had toen de keuze tussen Zulte Waregem, Lokeren en KV Mechelen, maar koos voor het buitenland want anders bleef zijn problematiek met België. Raman: ‘En als het mislukte, kon ik volgend jaar in tweede klasse shotten.’ Dus herbegon hij in Duitsland liever als een voetbalmaagd. Toen hij er tekende, schreven ze in één verhaal ook eens alles bij mekaar. Van het zingen (u weet het nog wel, dat van die boeren..) tot het snookerverhaal en een hele historie rond problemen met zijn ex-vriendin. Alles in een artikel. Maar toen was ook dat weer voorbij en konden ze over tot de orde van de dag.

De echte Gentenaar van Anderlecht: Benito Raman kijkt zijn KAA Gent opnieuw in de ogen
© Belga Image

Blauwwit DNA

Op 9 november 2011, twee dagen na zijn 17de verjaardag, hoorde het Belgisch voetbal voor het eerst van Benito Raman (26 nu). Hij viel in bij Zulte Waregem, één minuut slechts, maar mocht vanwege zijn leeftijd toch even voor de camera. De vraag : ‘Hoe was je eerste match?’ Het antwoord: ‘Vrie wijs.’ In Gent wisten ze meteen: iene van ongs.

Als enige echte Gentenaar in de A-ploeg had Raman een streepje voor, want wie er de geschiedenis van KAA Gent op naslaat botst zelden op een echte Gentenaar. Hannes Van Der Bruggen heeft Denderbloed en kwam van Burst. Gunther Schepens ? Massemen. Zelfs Mance Seghers met zijn klakke was van Zelzate, dat stukje niemandsland tegen de grens. Maar Raman, die kwam van Gentbrugge. Veel Gentser kan haast niet. Uit de Vogelhoek, de volkse kant van Gentbrugge. Niet zo ver van den Ot, het oude Ottenstadion. Als kind, begin jaren 2000, stond hij als uk op het terras en als hij het gebral uit den Ot hoorde aanzwellen, riep hij naar zijn vader: ‘Pa, Teletekst, vlug. Ze maken laweit.’

Buffalo Benito, dat zou het later worden, schreef Matthias Declercq in een portret, van Benito Raman na zijn doorbraak. Hij voetbalde eerst bij Melle, daarna bij Munkzwalm, maar De Gantoise was altijd het doel. Eerst ballen rapen. Dan binnentrappen, tot 100 in één seizoen bij de jeugd. In wezen schuilde in dat frêle gestel een kleine cultfiguur, wisten de fans al snel. Een franke mond, een geschilderde engel op dat jongenslijf, de spreuk ook: ‘ Only God can judge me.’ De geestdrift van een bokser.

De echte Gentenaar van Anderlecht: Benito Raman kijkt zijn KAA Gent opnieuw in de ogen
© Belga Image

Fouten

In de Gentse dugout zit morgen Hein Vanhaezebrouck, de man die Raman mee boetseerde tot voetballer, iemand die een belangrijke rol speelde in het kampioenenverhaal, maar ook veel kritiek gaf. Dat het na het kampioenenjaar minder werd, noemde Benito achteraf zijn eigen fout. Raman dacht te hard dat alles wel los zou lopen. Privé, sportief, zijn ambitie om 26 goals te maken, het lukte allemaal even niet meer. Raman, in Sport/Voetbalmagazine tijdens zijn periode bij Düsseldorf: ‘Ik wéét dat ik geen speler ben die 26 keer scoort op één seizoen. Daarop pakte Hein me iets te zwaar aan. In het begin motiveert je dat, toon je de training erna dat de coach ongelijk heeft, maar als dat blijft duren, denk je na een tijd: weer negatief. Niet alleen tegenover mij. Ik wist vaak wel waarom ik niet speelde, als er weer eens wat was gebeurd. Hij had zijn favorieten, maar dat geldt voor iedere trainer.’

Het respect voor Vanhaezebrouck is wel gebleven. Raman, later, toen het in Düsseldorf wel weer lukte: ‘Als ik ooit nog de kans krijg om nog eens met Hein te werken, wil ik dat. Graag. Als coach is hij top, de beste met wie ik de laatste zeven jaar werkte. De fout die we maakten, was dat hij na de titel zei: we beginnen vanaf nul, alles wat gebeurde, vergeten we. Maar dat ging niet. Als er wat met mij gebeurde, zat in zijn achterhoofd: ah ja, dat is hetzelfde van vorig jaar. En ik dacht ergens hetzelfde. Op zeven jaar tijd heb ik twee mindere jaren gehad. De laatste twee in België, omdat ik niet voor honderd procent bezig was met mijn vak. Dat kan ik nu zeggen, ja. Ik kan nu wel coaches dingen verwijten, maar feit is: het lag aan mij. Aan anderen misschien ook, maar vooral aan mij.’

Moest KAA Gent niet strenger zijn geweest met hem bij de jeugd? Raman: ‘Waren ze strenger geweest, ik was er misschien vroeger vertrokken. Ik zat er perfect, ik mocht doen wat ik wilde. Maar de prestaties waren wel goed. Bij de jeugd werd nergens wat van gezegd, omdat ze wisten: hij speelt zijn wedstrijden en scoort toch. Als ik op mijn vijftiende naar mijn pa had geluisterd en naar Aston Villa was vertrokken, had ik nu misschien verder gestaan. Maar ik ben blij met hoe het is gelopen. Ik ga nu niet zeggen: dit is allemaal de schuld van Gent. Het einde heb ik zelf verkloot. Ik ging naar de club zoals naar mijn werk. Werk dat me niet boeide.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content